Historische locomotief terug naar zijn roots in Beringen
De industriële rangeerlocomotief nr. 12 is van Kessel-Lo naar Beringen verhuisd. Dat zijn de stad Leuven, stad Beringen, NMBS en be-MINE overeengekomen. Zo komt dit waardevol industrieel erfgoed thuis op zijn oorspronkelijke locatie, de voormalige mijnsite be-MINE. Na een restauratie door NMBS zal iedereen hem daar kunnen bewonderen.
De industriële rangeerlocomotief nr. 12 zonder vuurhaard, is gebouwd in 1954 in de regio van Luik. Hij deed dienst in de steenkoolmijn van Beringen. Omer Ghijs, zoon van machinist Florent Ghijs, herinnert zich nog levendig de ritjes die hij mocht meemaken op de locomotief van zijn vader. “Deze locomotieven werden enkel voor korte trajecten gebruikt. Ze hadden wel een stoomketel, maar geen stookplaats, deels uit veiligheidsoverwegingen, deels om kosten te besparen. Om de vier uur moesten de stoomketels ‘bijgetankt’ worden. Dat betekende water en stoom onder hoge druk in de ketel van de locomotief blazen. Rangeerlocomotief nummer 12 stoomde zo jarenlang rond op Beringen-Mijn en aan de loskade aan het Albertkanaal”, weet Omer.
Schenking
In 1976 kocht Brouwerij Artois de locomotief en schonk ze aan NMBS. Daardoor kreeg hij de bijnaam ‘Stella-trein’. Tien jaar geleden, in 2013, schonk NMBS de locomotief aan stad Leuven. Vele jaren stond hij opgesteld in de voormalige museumbewaarplaats van de NMBS in Leuven, tot hij tien jaar geleden werd geschonken aan de stad Leuven en werd opgesteld op de niet-publieke historische weegbrug in de Locomotievenstraat. Sindsdien stond hij in de historische en beschermde weegbrug in de Locomotievenstraat in Kessel-Lo. Verschillende pistes om de locomotief te valoriseren in de publieke ruimte werden onderzocht, maar leidden niet tot een overtuigend resultaat op lange termijn.
Herbestemming
Daarom startten de Erfgoedcel en AG Stadsontwikkeling Leuven in samenwerking met NMBS – die de locomotief recent opnieuw overnam – in 2022 een herbestemmingstraject om de historisch meest verantwoorde bestemming voor de locomotief te vinden. Er werd contact opgenomen met Mijnmuseum Beringen, stad Beringen en be-MINE. De reacties waren positief en gaven een unaniem resultaat. Ook Thomas Vints, burgemeester van stad Beringen, reageert tevreden op de uitkomst: “Op de voormalige mijnsite van Beringen (1922-1989) kan de locomotief een nieuwe plek krijgen als waardevol landschapselement. Vandaag is onze mijnsite van Beringen vooral bekend als be-MINE, de grootste industriële erfgoedsite in Vlaanderen die herbestemd is als een toeristisch-recreatief project. De locomotief vult de historiek van de site dan ook zeer mooi aan. Daarnaast ook veel dank aan het Mijnmuseum voor het mee financieren van het transport.”
Kolenwasserij
Concreet komt de locomotief naast een nieuw belevingsfietspad onder kolenwasserij 2. Vroeger reden er continu treinen die de kolen onder de kolenwasserijen ophaalden en wegbrachten, in de toekomst zullen dit wandelaars en fietsers zijn. Bij afronding van de werken in 2025 krijgt de locomotief er zijn definitieve plaats. Intussen restaureert de NMBS de locomotief. Nadien geeft ze de locomotief in bruikleen aan de stad Beringen.
Historische collectie NMBS
Ook NMBS is tevreden dat rangeerlocomotief nr. 12, een uniek stuk uit haar grote historische collectie, opnieuw door het brede publiek zal te bewonderen zijn. Een groot deel van die collectie is trouwens te zien in Train World, het treinmuseum van NMBS aan het station van Schaarbeek. Naast zo’n 1.600 historische objecten uit de geschiedenis van onze spoorwegen staan er ook een dertigtal rijtuigen en locomotieven, waaronder de oudste bewaarde stoomlocomotief van België en de mythische Type 12, die trouwens niet te verwarren is met de naamgenoot die nu naar Beringen komt.
Grondig erfgoedonderzoek
De stad Leuven heeft een grondig erfgoedonderzoek met verschillende experten (waaronder NMBS, stad Beringen en be-MINE) beslist om de locomotief te herbestemmen naar Beringen-Mijn, de plek waarvoor de locomotief gebouwd is en waar hij lange tijd ook effectief dienst deed. “Door deze sterke historische band en doordat de trein daar onderdeel kan worden van de mijnsite als waardevol landschapselement komt de erfgoedwaarde van dit bijzonder industrieel erfgoed maximaal tot zijn recht”, vertelt schepen van cultuur Bert Cornillie.
De stad Leuven laat het spoorwegverleden evenwel niet los. “Zo bekijken we hoe we de geschiedenis van de Centrale Werkplaatsen, inclusief getuigenissen, in de toekomst zichtbaar kunnen maken. Het onderzoek gebeurde al eerder, maar de manier waarop we het toegankelijk maken, moet nog verder worden afgestemd op de toekomstige ontwikkelingen op de site”.
AG Stadsontwikkeling Leuven zal samen met de stad op zoek gaan naar een zinvolle invulling voor de beschermde, historische weegbrug in de Locomotievenstraat in Kessel-Lo. “Dat onderzoek start dit najaar en gebeurt samen met de actualisering van het masterplan voor de Centrale Werkplaatsen”, vult Lies Corneillie, voorzitter van AG Stadsontwikkeling Leuven, aan.
Lees ook: