UIC viert 100 jarig bestaan
De International Union of Railways – UIC – viert dit jaar in oktober haar 100-jarig bestaan.
De International Union of Railways is een internationale organisatie die het spoorvervoer wereldwijd promoot. Deze instelling, opgericht in oktober 1922, heeft haar hoofdkantoor in Parijs.
Een kwestie van geopolitiek
De oprichting volgde op de talrijke – en uiteindelijk succesvolle – pogingen in de 19e eeuw om spoorvoertuigen en wijze van transport op elkaar af te stemmen in een tijd waarin de trein vaak een kwestie van geopolitiek was.
De technische vraagstukken van de spoorwegen werden op internationaal niveau onderhandeld door diplomaten.
Er werden verschillende conferenties georganiseerd om in 1890 uiteindelijk een verdrag betreffende het internationale goederenvervoer per spoor (CIM), de eerste fase van de uitbouw van een internationale spoorweg, te ratificeren.
Technische problemen
Tegelijkertijd lagen technische problemen aan de basis van de noodzaak tot het organiseren van nog meer conferenties, waarvan de eerste op 21 oktober 1882 plaatsvond, met als resultaat de ondertekening van een protocol dat garandeerde dat rollend materieel dat aan de vastgestelde normen voldeed op de spoornetten van de lidstaten kon circuleren.
Deze eerste conferentie met als onderwerp een eenvoudige aanpak op het gebied van technologie werd gevolgd door twee andere in 1886 en 1907 om een reeks technische kwesties aan de orde te stellen, zoals spoorwijdte, laadprofielen, methoden om wagons te sluiten, normen voor rollend materieel zoals buffers en koppelingen en gemakkelijke toegang voor de douane officieren tot goederenwagons, enz.
Uiteindelijk: de oprichting van de UIC
In 1921 ontstond het idee om een spoorwegvereniging op te richten. Dit idee werd werkelijkheid met de oprichting van de International Union of Railways op 17 oktober 1922 in Parijs. In die tijd was de spoorwegwereld niet meer die van de 19e eeuw, maar ze was uitgegroeid tot een geheel van genationaliseerde netwerken, één per land.
De UIC probeerde alles wat mogelijk was om de eenheid te bevorderen. En dat proces verliep vaak heel moeilijk. Louis Armand, voormalig baas van de SNCF na de Tweede Wereldoorlog en toen secretaris-generaal van de UIC, vertelde in zijn memoires “uitputtende discussies over de leeftijd tot wanneer kinderen de halve prijs zouden betalen of de grootte van de treeplanken”.
Maar ook successen werden geboekt
Gelukkig waren er successen, vooral op het vlak van rollend materieel. Ondanks het verzet van Frankrijk en Duitsland over een aantal technische kwesties (automatische koppeling, enz.), slaagde UIC erin het rollend materieel van een lid op het netwerk op dat van een ander lid te laten aansluiten.
De UIC-technische fiches werden ontwikkeld en speelden een sleutelrol bij de standaardisatie van de spoorwegsector.
En vandaag?
De vereniging is momenteel wereldwijd vertegenwoordigd en telt 200 leden uit 100 landen verspreid over 5 continenten. Haar missie is het spoorvervoer op wereldschaal te promoten en de internationale samenwerking tussen haar leden aan te moedigen en te organiseren.
De UIC heeft uiteraard een belangrijke rol bij het promoten van het spoor bij overheden en internationale organisaties.