Europese grensoverschrijdende passagiersdiensten op een kruispunt
In Europa wordt reizen per trein steeds gemakkelijker. Dat zeggen de grote spelers op de markt. Nationale exploitanten op de internationale markt zijn van mening dat ze op de goede weg zijn. Dat blijkt uit een rapport van het Platform on International Rail Passenger Transport, dat al is gepresenteerd aan de ministers van Vervoer van de Europese Unie.
Het Platform on International Rail Passenger Transport (IRP) werd opgericht in 2020 om de modal shift naar het spoor te bevorderen. Volgens het laatste rapport van de organisatie is de passagiersmarkt hard op weg naar groei. Niemand beweert dat de klus geklaard is, maar de signalen wijzen in de goede richting.
Meer grensoverschrijdende diensten plannen
In 2020 werd het ministerieel platform voor internationaal reizigersvervoer per spoor (IRP) opgericht. Het doel is om de randvoorwaarden voor de ontwikkeling van internationale passagiersdiensten per spoor in Europa te verbeteren. Het IRP probeert ook de modal shift en de doelstellingen van de EU Green Deal te faciliteren. Ook sectorpartijen en consumentenorganisaties steunen het Platform.
Het vierde jaarlijkse voortgangsrapport van het IRP is positief over de positieve marktontwikkeling. De Europese spoorwegen zijn echter nog steeds versnipperd langs nationale grenzen. Nieuwe spelers vinden het niet gemakkelijk om de markt te betreden. Desondanks plannen de exploitanten van de vlaggenschipondernemingen gretig meer grensoverschrijdende diensten. Trenitalia kondigde bijvoorbeeld een groot aantal internationale samenwerkingsverbanden aan in hun onlangs gelanceerde zomerdienstregeling.
Diensten ontwikkelen en verbeteren
De vijfentwintig jaar oude Community of European Railway and Infrastructure Companies, beter bekend als CER, neemt gretig deel aan de bevindingen van het rapport. CER verenigt meer dan 70 spoorwegondernemingen op het Europese vasteland, waaronder openbare en particuliere ondernemingen. Ze vertegenwoordigt de meeste infrastructuur-, goederen- en passagiersactiviteiten in de EU en de Europese Vrijhandelsassociatie.
“Het rapport van het IRP bevestigt dat de Europese passagiersdiensten per spoor zich ontwikkelen en verbeteren”, zegt uitvoerend directeur Alberto Mazzola van de CER. “Spoorwegexploitanten staan te popelen om resultaten te boeken. De vooruitgang hangt echter niet alleen af van de exploitanten, maar ook van de infrastructuurinvesteringen die nodig zijn om het TEN-T-kernnetwerk en de grensoverschrijdende trajecten te voltooien.”
Tastbare resultaten voor passagiers
Het ITC herhaalt dat een modal shift naar internationaal reizigersvervoer per spoor cruciaal is. Het Platform heeft de cruciale voorwaarden vastgesteld, waaronder de voltooiing van het zeer ambitieuze internationale TEN-T infrastructuurnetwerk. Er zijn ook belangrijke problemen op het gebied van technische interoperabiliteit die moeten worden opgelost. De toewijzing van capaciteit blijft een steeds terugkerend probleem. Dit alles is ondergeschikt aan de overkoepelende kwestie van het bereiken van geharmoniseerd bestuur tussen de landen van Europa.
De CER zegt het eens te zijn met deze beoordeling. Het rapport, waaraan al haar leden hebben bijgedragen, onderschrijft dat vrijwillige vooruitgang door de sector de sleutel is tot het bereiken van tastbare resultaten voor passagiers. “We streven naar voortdurende steun van nationale regeringen en Europese instellingen”, zegt Alberto Mazzola. “Door samenwerking te bevorderen en innovatie te stimuleren, blijft de sector standvastig in zijn toewijding om het passagiersvervoer per spoor in heel Europa vooruit te helpen.”
