Werkzaamheden aan het RER-netwerk rond Brussel vorderen
De werken aan het Gewestelijk Expresnet (GEN) vorderen op de twee lijnen ten zuidoosten van Brussel. Het station van Ottignies wordt volledig heringericht, terwijl de L124-lijn naar Nijvel grote werken ondergaat.
Het lokale en voorstedelijke netwerk, in België bekend als het “Réseau S”, is ontworpen om het verkeer op treinen met frequente haltes, zoals de S-Bahn in Duitsland of het RER in Parijs, te vergemakkelijken en te vergroten. Hoewel sommige lijnen rond Brussel niet veel veranderingen hebben ondergaan, zijn de meeste uitgebreid naar vier sporen, zoals het geval is op de lijnen L96 naar Halle, L36 naar Leuven en L50A naar Denderleeuw (en Gent).
Aan twee andere lijnen moet nog worden gewerkt: de L161 naar Ottignies (en Namen) en de L124 naar Nijvel (en Charleroi). Deze twee lijnen lopen door heuvelachtig terrein, waardoor meer civieltechnische werken nodig waren. Deze werkzaamheden zijn bijna voltooid op de L161 naar Ottignies, maar zijn nog aan de gang op de L124 naar Nijvel.
Het verkeer vergemakkelijken
Het is niet mogelijk om een frequente lokale treindienst aan te bieden als er een mix is van snelle intercitytreinen. De twee soorten verkeer moeten daarom worden gescheiden door de breedte van de lijnen te verdubbelen van 2 naar 4 sporen. Uiteindelijk zal hierdoor lokaal verkeer op de 2 aangrenzende sporen kunnen rijden, terwijl snelle treinen de middelste sporen zullen bezetten.
Viersporigheid was niet altijd gemakkelijk vanwege de uitgebreide verstedelijking van het zuidoosten van Brussel, waar huizen en tuinen vrijwel overal langs de sporen liggen, zowel richting Ottignies als richting Nijvel.
In sommige gevallen moesten sleuven worden verbreed en rechte betonnen muren worden gebouwd. In andere gevallen moesten dijken worden verbreed en ook hier moesten muren worden gebouwd om ze op hun plaats te houden. Alle bruggen moesten worden verbreed om plaats te maken voor vier rijstroken, wat soms ook moeilijk was vanwege de sterk verstedelijkte omgeving op sommige plaatsen.
Een nieuwe Arc de Triomphe in Lillois, op de L124-lijn (foto Infrabel)
Omdat Infrabel verplicht is om het NMBS-verkeer het hele jaar door in goede banen te leiden, moet de infrastructuurbeheerder zijn werven plannen aan de hand van een complex fasensysteem. Volgens de wet mag een lijn enkele keren per jaar volledig worden stilgelegd, maar alleen in het weekend.
L161 naar Ottignies
Op de lijn L161 naar Ottignies zijn de grote civieltechnische werken bijna klaar. Wat echter nog moet gebeuren is de aanleg van het spoor, de bovenleiding en de nieuwe signalisatie, en vooral de herpositionering van de twee bestaande sporen in hun juiste positie, wat een complexe taak is.
Ten zuiden van Ottignies werd eind 2023 een werf van 2,5 km tot aan de aansluiting Louvain-la-Neuve ingehuldigd. Met zijn 4 sporen is dit de eerste voltooide kilometer van het S-netwerk in het zuidoosten van Brussel.
Tegelijkertijd herwerkt Infrabel de sporen van het station van Ottignies volledig, met een volledig vernieuwde lay-out en verlengde perrons. Een nieuwe configuratie van de stationssporen – en dus van de perrons – werd bestudeerd en maakt het voorwerp uit van een belangrijk faseringsprogramma dat meerdere jaren zal duren. Oude werfsporen, die na verloop van tijd overbodig waren geworden, worden vervangen door de nieuwe stationssporen.
L124 naar Nijvel
Op deze lijn moeten nog grote civieltechnische werken worden uitgevoerd. Sommige delen van de lijn zijn al viersporig en een grote boog aan de ingang van Nivelles wordt aangepast om de snelheid te verhogen en zo de doorstroming te verbeteren.
Lees verder
- Infrabel mag tot 1 miljard euro lenen
- Alstom gaat pendeltrajecten in regio Parijs uitrusten met signalisatietechnologie
- België en Luxemburg vragen EU-financiering voor beter grensoverschrijdend spoorvervoer