DLR in Londen getroffen door faillissement bouwbedrijf
Het faillissement van bouwbedrijf Buckingham Group zou wel eens een schaduw kunnen werpen over de geplande upgrade van het DLR Docklands Light Railway systeem in Londen. Het bouwbedrijf was betrokken bij een miljoenencontract om het Becton Depot van het systeem grondig te moderniseren, ter voorbereiding van een vloot nieuwe treinen die al geleverd wordt. De ondergang van Buckingham Group, met schulden van meer dan honderd miljoen pond (116 miljoen euro), heeft veel schuldeisers, waaronder DLR, echter hoofdpijn bezorgd.
Oorspronkelijk ontworpen als een goedkope oplossing voor openbaar vervoer in het Londense Docklands financiële district, is de DLR boven verwachting gegroeid en bedient nu een groot deel van het oosten van Londen. De ondergang van een bouwbedrijf heeft echter een vraagteken gezet bij een verdere uitbreiding. Toen Buckingham Group Contracting (BGCL) eerder dit jaar failliet ging, gooide dit ook roet in het eten voor het ambitieuze project van 100 miljoen pond (116 miljoen euro) om het Becton onderhoudsdepot uit te breiden en op te knappen, een cruciaal onderdeel van de voorbereidingen van de Docklands Light Railway (DLR) op de nieuwe vloot treinen. BGCL ging failliet, waardoor de voltooiing van het Northern Siding pakket, ter waarde van 35 miljoen pond (41 miljoen euro), in gevaar kwam.
Nieuwe treinstellen in bestelling
De upgrade van het Becton onderhoudsdepot, dat in eerste instantie wordt beheerd door Morgan Sindall Infrastructure, is bedoeld om de faciliteiten uit te breiden en te moderniseren om plaats te bieden aan de binnenkomende nieuwe vloot DLR-treinen. De autonome treinen, die al geleverd en getest worden door de Spaanse fabrikant CAF, worden de derde generatie rollend materieel voor het netwerk. Uitbreiding van het Becton depot is gepland om faciliteiten te bieden voor het stallen en onderhouden van de 54 nieuwe treinstellen. De ineenstorting van BGCL heeft echter het opstelsporenproject stilgelegd, dat de bouw van een nieuwe rijtuigwasplaats, de verlenging en aanpassing van bestaande sporen en de aanleg en aanpassing van nieuwe opstelsporen omvat.
BGCL, een bedrijf met een gevarieerde portefeuille waaronder de ontwikkeling van sportstadions, was een belangrijke speler in de Britse bouwindustrie. De ineenstorting heeft niet alleen gevolgen voor het DLR-project, maar stuurt ook schokgolven door andere ondernemingen, waaronder de ontwikkeling van sportstadions in het hele land. Volgens een rapport van accountant Grant Thornton is het onwaarschijnlijk dat de 1.200 concurrente schuldeisers ook maar iets terug zullen zien. De omvang van het risico voor Transport for London, de exploitant van het DLR-netwerk, wordt niet bekendgemaakt.
Investeringsrapport blijft hoopvol
Transport for London (TfL) bevestigde dat de financiële problemen van BGCL de opschorting van de werkzaamheden op de DLR-locatie noodzakelijk maakten, wat het TfL-team ertoe aanzette een veilige stop in te stellen om de locatie veilig te stellen. Hoewel sommige activa van BGCL kopers vonden, slaagde het segment dat verantwoordelijk was voor de upgrade van het DLR-depot er niet in om interesse te wekken, wat resulteerde in de sluiting en het betreurenswaardige ontslag van het personeel.
TfL erkende de uitdaging in hun recente rapport over het investeringsprogramma: “Er wordt gewerkt aan het ontwikkelen en overwegen van opties voor de manier waarop we deze werkzaamheden kunnen voltooien”, aldus TfL. “Er wordt gewerkt aan het ontwikkelen en overwegen van opties voor de manier waarop we deze werken kunnen voltooien. Na de gunning van het contract voor het onderhoudsgebouw en de zuidelijke zijsporen is onze aannemer nu volledig gemobiliseerd en zijn de belangrijkste onderaannemingscontracten voor belangrijke voorbereidende werkzaamheden gestart. Het nieuwe kantoorgebouw is nu ook geleverd en op zijn plaats gehesen.”
Delen van de Buckingham Group werden verkocht aan andere bedrijven, maar er werd geen koper gevonden voor het Becton contract. De onzekerheid over de voltooiing van de upgrade van het depot doet vragen rijzen over de gereedheid van de faciliteit voor de nieuwe DLR-treinvloot, die volgend jaar in gebruik wordt genomen. Er is nog tijd om de situatie te verbeteren. Hoewel de eerste inzet van de nieuwe treinen gepland staat voor 2024, zal de volledige vloot naar verwachting pas in 2026 operationeel zijn. Dit geeft TfL de tijd om alternatieve opties te onderzoeken en de gevolgen van het faillissement van Buckingham Group voor het hele project te beperken.
