Onderzoek: trein sneller dan vliegtuig op veel Europese bestemmingen

Thalys, hogesnelheidstrein

Binnen Europa maken vier miljoen reizigers per maand een korte vluchten tussen bestemmingen, die met de trein sneller te bereiken zijn. Dat blijkt uit onderzoek van de Belgische universiteit van Louvain-la-Neuve. In zijn proefschrift vergelijkt onderzoeker Damien Lepage het treinen-netwerk met het luchtvaartnetwerk tussen de belangrijkste Europese steden.

Voor een weekendje naar Brussel, Londen of Parijs nemen reizigers geregeld het vliegtuig, terwijl de complete reistijd volgens het onderzoek met de trein korter zou zijn. Pre-corona waren er tussen Brussel en Frankfurt elke maand minstens 250 vluchten, en tussen Amsterdam en Brussel zo’n 200. Lepage onderzocht tussen hoeveel van de Europese steden het nou eigenlijk sneller is om de trein te pakken in plaats van het vliegtuig.

Van deur tot deur

In de vergelijking werd gekeken naar de complete reistijd van stad naar stad, inclusief reistijd van het station of vliegveld naar het centrum en de inchecktijd op het vliegveld. Dit geeft een eerlijker beeld dan enkel de tijd die in het vliegtuig of de trein zelf wordt doorgebracht. Een vliegveld bevindt zich meestal verder van het centrum van een stad, in tegenstelling tot treinstations. Ook duurt het inchecken op het vliegveld langer dan bij een treinreis, waardoor de trein sneller kan zijn dan het vliegtuig.

Uit het onderzoek blijkt dat van zes procent van de reizen tussen de grootste steden in Europa het reizen van deur tot deur sneller is met de trein dan met het vliegtuig. In de maand juni van 2017 namen minstens 4 miljoen mensen het vliegtuig, terwijl in hun geval de reis sneller zou zijn met de trein.

Tot welke afstand is de trein sneller?

Tot op welke afstand de trein wat betreft reistijd concurreert met het vliegtuig berekende Lepage ook in het onderzoek. Voor hogesnelheidstreinen is de trein gemiddeld tot op 704 kilometer afstand tussen twee steden sneller, vanuit Nederland ligt bijvoorbeeld Praag op pakweg deze afstand. Voor normale treinen is dit tot op een afstand van 444 kilometer. Vanuit Nederland ligt Parijs op ongeveer die afstand, al gaat daar wel een hogesnelheidstrein heen.

Het daadwerkelijke aantal reizigers dat sneller uit zou zijn ligt volgens het onderzoek waarschijnlijk ook hoger dan de berekende 4 miljoen. Niet alle data is namelijk beschikbaar om dit te berekenen. Het is bijvoorbeeld sneller om met de trein van het Franse Lille naar Newcastle in het Verenigd Koninkrijk te reizen. Met het vliegtuig moet eerst een vlucht naar Parijs genomen moet worden. Er is geen data beschikbaar hoeveel passagiers die vanuit Parijs naar Newcastle vliegen eerder een vlucht vanuit bijvoorbeeld Lille hebben genomen.

Kaart met verbindingen tussen steden waarbij de trein sneller is dan het vliegtuig, auteur: Damien Lepage
Verbindingen tussen twee steden waarbij de trein sneller is dan het vliegtuig (auteur: Damien Lepage)

Treintickets zijn duurder

De prijs van tickets is in het onderzoek niet meegenomen, maar is voor reizigers binnen Europa natuurlijk erg van belang. De reden dat op korte trajecten de voorkeur uitgaat naar het vliegtuig, heeft hoogstwaarschijnlijk met goedkope vliegtickets te maken, mede door de lagere belasting op tickets en brandstof.

Hogesnelheidstreinen worden beschouwd als een comfortabel, veilig, flexibel en ecologisch duurzaam vervoersmiddel, wordt benoemd in het proefschrift. Een deel van de reizigers heeft het er daarom voor over om een iets langere treinreis te nemen in plaats van het vliegtuig. Als een reistijd van maximaal een uur langer voor lief word genomen, zou van bijna 10 procent van de reizen de trein een goede concurrent zijn van het vliegtuig. In het geval dat al die reizigers de trein zouden nemen, neemt het aantal vliegtuigpassagiers per maand met 11 miljoen af tussen steden waar een directe vlucht is.

Nachttrein als alternatief

Met het netwerk model is ook gekeken naar de mogelijkheden van nachttreinen binnen Europa. Aangezien met de nachttrein op een efficiĆ«nte manier een langere reis afgelegd kan worden, neemt het aantal steden waartussen een goede treinverbinding mogelijk is flink toe. Als de reis ’s nachts tijdens het slapen gemaakt wordt, maakt het minder uit dat een reis meer tijd in beslag neemt.

Op Europees niveau zou in theorie ongeveer 23 procent van de reizen tussen twee steden in de nacht kunnen worden afgelegd, is berekend in het onderzoek. Dit is een stuk meer dan de 6 procent van het reguliere treinverkeer waarbij de trein een sneller alternatief is voor het vliegtuig. In het scenario dat voor al die reizen de nachttrein wordt gebruikt in plaats van het vliegtuig, zou het luchtverkeer voor passagiers tussen de steden in kwestie met bijna 42 procent afnemen. Op dit moment is dat veruit van realistisch, sommige nachttreinverbindingen bestaan al, maar tussen veel steden is er nog geen nachtelijke verbinding.

Slechte verbinding trein en vliegtuig

Afzonderlijke transportnetwerken zijn zelden op een efficiƫnte manier met elkaar verbonden, zegt het proefschrift. Zo zijn er slechts enkele luchthavens aangesloten op hogesnelheidsspoorwegen. Sommige Europese steden hebben een goede verbinding met het luchtvaartnetwerk, maar niet met het treinennetwerk. Zo is Charleroi het op-een-na belangrijkste vliegveld van Belgiƫ, maar zijn er slechts regionale treinen op aangesloten, en op Brussel na geen directe verbindingen met andere belangrijke spoorknooppunten. Daarnaast functioneren reisplanners meestal afzonderlijk voor elke vervoerswijze, waardoor het voor passagiers moeilijk is om multimodale reizen te plannen of te boeken.

Lees ook:

Auteur: Esther Geerts

Bron: SpoorPro.nl